De versoepeling van het ontslagrecht moet nog deze kabinetsperiode opnieuw besproken worden. Dat stelt minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Piet Hein Donner (CDA) donderdag in een interview met dagblad De Pers. Regeringspartijen PvdA en ChristenUnie lieten eerder doorschemeren hier niets voor te voelen.
Donner wijst erop dat, in coalitieafspraken en in afspraken met sociale partners, voor 2016 tachtig procent van de beroepsbevolking aan het werk moet zijn. "Dat betekent dat we in deze kabinetsperiode tweehonderdduizend banen extra moeten scheppen en in de volgende periode nog eens." Bij het niet halen van dit percentage \\'zullen we moeten gaan beknibbelen op voorzieningen\\'. "Partijen die zeggen: wij doen niet wat nodig is om te komen tot die tachtig procent, moeten dan aangeven hoe ze in de verzorgingstaat willen snijden."
De minister beaamt desgevraagd dat het onwaarschijnlijk is dat de commissie-Bakker, die de arbeidsparticipatie onderzoekt, een manier verzint waarbij genoeg mensen aan het werk komen zonder het ontslagrecht te versoepelen. De commissie, in november aangekondigd en vorige maand aan de slag gegaan, hoeft zich niet alleen met het ontslagrecht bezig te houden, maar moet uitzoeken \\'wat de instrumenten zijn die het beste werken om mensen aan de slag te krijgen\\', zei premier Jan Peter Balkenende (CDA) destijds. "De route heeft ons een tijdje verdeeld gehouden, maar we hebben elkaar weer gevonden in onze doelstelling: deze kabinetsperiode tweehonderdduizend mensen extra aan het werk."
Donner stelt dat een eventueel advies van de commissie om het ontslagrecht te versoepelen opgevolgd moet worden door dit kabinet. Tegelijkertijd acht hij een dergelijk advies onontkoombaar.