Een kantonrechter heeft in een recente uitspraak niet de kantonrechtersformule toegepast. In deze zaak werd een commercieel manager ontslagen door zijn werkgever. Toen hij in dienst trad, werd hem een functie van directeur toegezegd. In plaats daarvan verzoekt de werkgever na een tijdje om ontbinding van de arbeidsovereenkomst. De werknemer zou een offerte aan een concurrent hebben gestuurd hetgeen in strijd is met de geheimhoudingsplicht. Ook zou de werknemer na ziekmelding niet gereageerd hebben op verzoeken tot overleg. De werkgever ziet dit als werkweigering. De kantonrechter oordeelt dat geen sprake is van een dringende reden, omdat de werknemer aannemelijk maakt dat het doorsturen van de offerte is besproken. Van werkweigering is ook geen sprake, omdat de werkgever de werknemer oproept in een periode die door de bedrijfsarts is bestempeld als ‘time-out’. Zonder de mediator om wie de werknemer heeft verzocht en door de toon van de oproepen is de werknemer niet bij machte om de gesprekken te voeren.
De kantonrechter oordeelt dat werkgever niet als goed werkgever heeft gehandeld. De arbeidsovereenkomst wordt ontbonden, waarbij de werknemer een ontslagvergoeding van een half jaarsalaris meekrijgt. Dit is meer dan de kantonrechtersformule, omdat de verandering in omstandigheden aan de werkgever te wijten is. Door het korte dienstverband en de eerdere intentie om een langer dienstverband aan te gaan, wordt de kantonrechtersformule niet toegepast. Dat zou volgens de kantonrechter tot een te lage gouden handdruk leiden. Hogere ontslagvergoeding, ook voor u ?